Na drie studies en jarenlang jobhoppen werkt Peter (44) sinds dit jaar fulltime als zzp’er. Financieel boert dat beter én hij kan zijn tijd flexibel indelen. Dat is noodzakelijk, want zijn vrouw Mia (45) is chronisch ziek en hij zorgt grotendeels voor hun zoons.
Hoe komt het dat je jarenlang jobhopte?
“Ik heb een moeilijke tijd achter de rug. Onder meer door de chronische ziekte van mijn vrouw. En ik vond het lastig om te ontdekken wat ik wilde op werkgebied. Ik heb bedrijfskunde, ontwikkelingsstudies en milieukunde gestudeerd en worstelde met hoe ik die disciplines kon combineren. Ik ben controller, onderzoeker, adviseur, analist, consultant en projectontwikkelaar geweest. Het ging alle kanten op. Uiteindelijk koos ik ervoor alleen nog maar te doen waar ik goed in ben en wat ik ook leuk vind. Anders houd ik het niet vol.”
Had dat financiële gevolgen?
“Met een jobhopper-cv zakte ik bij enkele nieuwe banen terug in loon. Elf jaar geleden bereikte ik een dieptepunt. Er was een financiële crisis, onze oudste zoon was geboren en mijn vrouw was net ziek uitgevallen − ze heeft ME (myalgische encefalomyelitis, ook wel chronisch vermoeidheidssyndroom genoemd, red.). Ik volgde een opleidingstraject via een detacheringsbureau en verdiende als kostwinner € 1.850 bruto per maand. Ook werkte ik toen minder, zodat ik mee kon helpen in de participatieve kinderopvang waar ons zoontje toen op zat. Dat bespaarde kosten.”
Pfoeh, klinkt als een pittige tijd. Hoe ben je die malaise te boven gekomen?
“De energietransitie kwam in een stroomversnelling, waardoor het eindelijk lukte om mijn drie disciplines − milieukunde, bedrijfskunde en duurzame ontwikkeling − aan elkaar te rijgen. In mijn laatste baan werkte ik als projectontwikkelaar in de duurzame energiesector. Daarnaast startte ik mijn eigen bedrijf op. Eíndelijk voelde ik intrinsieke motivatie en sinds vier jaar verdien ik, binnen relatief beperkte uren, behoorlijk goed.”
Is je inkomen in dit kasboekje een prognose, aangezien je vanaf 2024 fulltime als zzp’er bent gaan werken?
“Klopt, dat bedrag is gebaseerd op 2023. Toen had ik € 8.000 aan netto looninkomsten en € 62.000 winst uit mijn bedrijf. Mijn boekhouder schat dat mijn inkomstenbelasting zal uitkomen op € 20.000. Als ik dat bedrag ervan aftrek, kom ik op het netto-inkomen in mijn kasboekje uit.”
Daarbij hebben jullie inkomen uit de uitkering van je vrouw. Hoe gaat het nu met haar?
“Helaas gaat ze achteruit. Ze ligt veel op bed en verplaatst zich zelden buitenshuis. Ze kookt nog wel, maar steeds minder. De zorg voor het huishouden en de jongens komt grotendeels op onze omgeving en mij neer.”
Kunnen jullie nog leuke dingen met het gezin doen?
“Af en toe lukt het om met z’n vieren te lunchen in een prikkelarm tentje om de hoek. Dan letten we niet op de kosten. Het eten is daar eenvoudig, dus het is alsnog goed betaalbaar. Thuis eten we graag lekker, daarom zijn de boodschappen wat duurder. En ik ga regelmatig met de jongens op pad, dan bestellen we ook wat we willen.”
Wat voor vakanties vieren jullie eigenlijk?
“Ik ga met de jongens. Het afgelopen jaar viel duurder uit dan normaal, omdat we naar vrienden op Aruba gingen. Ik wil niet te veel vliegen, maar ik vond dat mijn zoons dit een keer meegemaakt moesten hebben. De komende vakantie gaan we met de auto binnen Europa op vakantie.”
Iets anders: wat valt onder ‘overige uitgaven’?
“Van alles. Mijn vrouw bestelt wel eens wat bij webshops, zoals kleding, drogisterij-artikelen, meubilair, maar ook boetes vallen daaronder.”
Ik zie dat je ook een bedrag verschuldigd bent aan je moeder, voor welk doel had je dat geleend?
“Toen wij ons huis dertien jaar geleden kochten, leende mijn moeder ons € 50.000. Dat geld staken we in de verbouwing, die in totaal zo’n € 100.000 kostte. We kochten onze woning voor € 310.000, met een hypotheek (inclusief bouwdepot) van € 344.000. Een deel was een beleggingshypotheek, er staat inmiddels € 70.000 op een beleggingsrekening. Ons huis is nu ruim € 700.000 waard.”
Lekker zeg, en ik zie dat je ook nog veel meer belegt.
“Klopt. Ik ben niet zo van het sparen, dat leverde zo lang niets op. We komen elke maand goed rond, dus we houden genoeg over mocht het een keertje tegenzitten. Ons vermogen staat voornamelijk op beleggingsrekeningen. Een groot deel van de beleggingen is redelijk stabiel qua waardering en kan ik ieder moment verkopen, mochten we onvoorziene kosten hebben. Ik investeer vooral in duurzame aandelenfondsen en projecten van energiecoöperaties. Het langetermijndoel voor dit geld is een goede toekomst voor onze jongens, zodat ze kunnen studeren. Maar we mogen óók genieten – en dat lukt gelukkig steeds meer, ondanks alles.”
Mogen we ook in jouw kasboekje meekijken?
Meld je dan gerust aan voor deze rubriek
