Vanaf deze week gaan de twee kinderen van Renée naar de kinderopvang. Ze schrok zich rot van de rekening die ze kreeg.
Ik heb jarenlang geroepen dat kinderen zo duur zijn als je het zelf laat zijn. En daar geloof ik (deels) nog steeds in. Een winterjas voor volgend jaar koop ik in de sale. Ze krijgen geen stukjes ananas mee naar school, maar gewoon een appel. En hun fiets is ook een occasion. Geen medelijden, hoor. De kinderen lijden er niet onder en krijgen volop liefde. Onlangs kwam er een factuur bij in het potje ‘kinderen’ waar ik toch heel hard van moest slikken. Kinderopvang.
Tijdsdruk en stress
Tot nu toe waren we in de gelukkige positie dat onze kinderen niet naar de opvang hoefden. Kasper, mijn man, en ik wisselden elkaar af. Hij bracht de boys in de ochtend naar school, ik haalde ze ’s middags weer op. Maar steeds vaker was het vechten tegen de klok. Wat er ook speelde op kantoor, ik moest om 14.45 uur weg. Dat kan voelen als vrijheid, maar zo voelde het de laatste tijd niet meer. De tijdsdruk gaf me stress en daar werd ik ook als moeder niet gezelliger van.
Dus ging de kogel door de kerk. Ze zouden naar de Buitenschoolse Opvang (BSO) gaan. Na 1,5 jaar op de wachtlijst (ja, echt) waren de mannen eindelijk aan de beurt. Elke dinsdagmiddag en vrijdagmiddag gaan ze kleien, buitenspelen, spelletjes doen en lekker ravotten in de gymzaal van hun eigen, vertrouwde school. Ze hebben er zin in. En ik, ondanks wat gezonde schuldgevoelens, eigenlijk ook wel.
Holy moly
Tot ik de eerste rekening kreeg. Holy moly. De kosten voor twee middagen kinderopvang bedroegen € 942,50. Bijna duizend euro. Het bedrag voor de eerste maand werd direct van mijn rekening geschreven. Ver voordat ik mijn eerste kinderopvangtoeslag mocht ontvangen. Dus die eerste maand was die bijna € 1.000 euro een behoorlijke aanslag op mijn budget. Het viel me eigenlijk vies tegen.
Nadat ik alle papieren van de Belastingdienst invulde (dat moet toch makkelijker kunnen) bleek ik dik € 400 per maand terug te krijgen. Een pak van mijn hart. Maar laten we eerlijk zijn, het is nog steeds heel veel geld.
Een kinderopvang rekensom
Veel mensen (zeker moeders) maken een rekensommetje wanneer het gaat om de verhouding werk en opvang. We hebben in Nederland een systeem waarbij wat je aan toeslag terugkrijgt van de Belastingdienst afhangt van je inkomen. Des te meer je verdient, des te minder je terug krijgt. Heb je het dus niet zo breed? Dan betaal je maar een fractie van de kosten om je kinderen op te laten vangen, uit eigen zak. Bij mensen met een modaal inkomen kan de rekensom best ongunstig uitvallen. Dan kan de opvang van twee of drie kinderen meer kosten, dan je extra verdient met de uren die je meer werkt.
Ik heb die rekensom zelf bewust niet gemaakt. Ik kies voor opvang zodat ik met een gerust hart aan mijn groeiende bedrijf kan werken. Ik vind het belangrijk dat mijn kinderen zien dat hun moeder dromen heeft. Dat ze er zo vaak mogelijk voor haar kinderen is, maar ook zelf dingen heeft die ze nastreeft en waar ze van droomt. Dat betekent niet dat ik minder van ze hou. Onder de streep levert het ze hopelijk een (nog) lievere moeder op. Een moeder die echt tijd voor ze heeft op de momenten dat ze van school komen. Die dan niet nog met haar hoofd bij alle zaken zit die niet af zijn omdat ze naar het schoolplein moest.
Waarom zo duur?
En toch: € 942 euro bruto. Zo-veel-geld. Ooit woonden wij op Curaçao, waar onze jongste ook een paar ochtenden naar de opvang ging. De kosten? 80 gulden per maand. Van toeslagen hadden ze daar nog niet gehoord. Ik snap en zie dat de opvang in Nederland van een ander niveau is. Mijn kind deed zijn middagdutje daar op een stretcher, waar hij overigens nooit ook maar één slecht woord over zei. Het was gewoon de werkelijkheid van daar. In plaats van te kijken naar het compenseren van de kosten voor opvang, kunnen we ook best een kritisch zijn op de kosten an sich. Hoe kan opvang zo duur zijn geworden?
Ik besluit de kosten van de kinderopvang voor nu de accepteren. Het is wat het is. En ik geniet van de extra uurtjes die ik nu op kantoor tot mijn beschikking heb. En van hoeveel zin ik na zo’n dag heb op mijn ukkies op te halen.