Jim (44) en Marlies (39) zijn multimiljonair. Ze investeren al jaren volop in beleggingen en vastgoed. Op het hoogtepunt hadden ze zelfs 32 huizen. Wow! Kijk snel mee in hun kasboekje.

Jullie zijn gewoon multimiljonair! Hoe voelt dat?
“Goeie vraag, ja, hoe voelt dat? Eigenlijk niet anders, we zijn miljonair, maar zo voelen we ons niet. Misschien omdat de reis ernaartoe al in 2008 begon. Door jarenlang geld weg te zetten, te investeren, is uiteindelijk die sneeuwbal gaan rollen en hebben we zo ons vermogen kunnen opbouwen. Eerst een klein pakketje aandelen en sinds 2016 investeren we ook in vastgoed. We begonnen met € 30.000.”

Hoe reageerde je omgeving hierop?
“In het begin verklaarde iedereen ons voor gek: ‘De huizenprijzen zijn veel te hoog, wat doen jullie?’ Maar een paar jaar later, vanaf 2019, schoten de huizenprijzen natuurlijk verder omhoog. Op het hoogtepunt verhuurden we 32 woningen. Dat leverde netto ruim € 10.000 op.”

32 huizen? Dat moet behoorlijk wat werk zijn geweest.
“De eerste jaren waren heel moeilijk. Marlies zei vaak: ‘We hadden ons geld nooit in stenen moeten stoppen.’ Het bracht veel stress en druk met zich mee. De laatste jaren is het nog ingewikkelder geworden, door overheidsregulering, regelgeving en belastingwetgeving. Daarom zijn we veel van ons vastgoed aan het verkopen. De opbrengst steken we in aandelenfondsen die hetzelfde rendement opleveren als het vastgoed.”

Interessant!
“Nou, dat zeker. Ik heb ook de andere kant ervaren, hoor. Ik heb in mijn jeugd gezien hoe het is om arm te zijn. Mijn vader was door ziekte jarenlang werkloos en zat in de bijstand. Er was altijd geld tekort. Dat heeft mij als kind al aan het denken gezet. Dit wil ik later anders doen, dacht ik steeds. Ik spaarde altijd veel, maar de weg omhoog is nooit één rechte lijn geweest.”

Oh, vertel.
“We hebben in 2008 € 18.000 op een IJslandse bank gezet. Dat leverde 5% rendement per jaar op, maar die bank ging helaas failliet. Deze gebeurtenis is voor velen wel bekend, denk ik. Omdat de bank onder het depositogarantiestelsel viel, kregen we het geld gelukkig na een jaar wel terug.”

En je beleggingen dan?
“We hebben regelmatig veel geld verloren. Soms wel € 10.000 in één week. Daar kan ik goed chagrijnig van worden, maar uiteindelijk is het maar geld. Het klinkt cliché, maar gezondheid is de grootste rijkdom die je hebt.”

Zijn jullie anders gaan leven sinds jullie dit vermogen hebben opgebouwd?
“Niet echt. Misschien zijn we iets makkelijker geworden met geld uitgeven. We hebben allebei een eigen privérekening en één gezamenlijke rekening. Elke maand storten we samen € 8.000 op die gezamenlijke rekening. Daar gaan de vaste lasten van af en een leefbudget van € 750 per week, dus we hebben genoeg financiële ruimte. Maar we zijn niet ineens heel extravagante dingen gaan doen. We hebben geen tweede huis, geen dure auto, geen jetski in Spanje, of zo.”

Jullie geven wel veel geld uit aan boodschappen: € 1.200 per maand.
“Klopt. De sportclubs en boodschappen zijn flinke kostenposten. Maar sporten is gezond, zowel lichamelijk als mentaal. Het zorgt ervoor dat je goed in je vel zit. Van ons boodschappenbudget schrikken mensen soms. Dat snap ik, want het is ook veel geld. We proberen te letten op aanbiedingen, maar vinden het ook belangrijk dat we lekker en voedzaam eten.”

Ik zie trouwens dat jullie niks aan goede doelen geven.
“Dit is een kostenpost waarvan ik denk: daar zou geld naartoe mogen. We doen wel al jarenlang vrijwilligerswerk, dus het is niet dat we niets doen.”

Laat je de teugels ook een beetje vieren, omdat je weet: het maakt toch niet uit hoeveel we uitgeven?
“Nou, nee hoor. Heel nerdy misschien, maar ik houd sinds 2011 alle inkomsten en uitgaven bij in een Excel-sheet. Elke maand. Daardoor weet ik precies hoeveel er binnenkomt en hoeveel er uitgaat. Op die manier kan ik makkelijk bijsturen. We zijn absoluut niet krenterig, maar gaan wel bewust om met ons geld. Al het geld dat overblijft, investeren we weer of sparen we extra.”

Geven jullie die lessen ook mee aan jullie kinderen?
“Zeker. Onze oudste van 13 jaar leest al boeken over financiële ontwikkeling, zoals Rich Dad Poor Dad van Robert Kiyosaki. Zelf heb ik ook veel aan dat boek gehad. De belangrijkste boodschap: bouw naast je inkomen een passief inkomen op, bijvoorbeeld met vastgoed en aandelen. In het begin levert dat niet veel op. Maar als je dat jarenlang volhoudt, groeit het vanzelf uit tot een mooi bedrag. Dat wil ik mijn kinderen ook meegeven: hard werken is oké, maar laat je geld ook voor jou werken.”

Jullie hoeven waarschijnlijk ook helemaal niet meer te werken. Of wel?
“In principe niet, maar we merken allebei dat werken en ondernemen ons ook invulling geeft aan het leven. We zijn geen types die graag stilzitten. Als we dat wel waren geweest, waren we ook nooit zo ver gekomen. We blijven werken met doelen, zoals we dat al vanaf het begin doen. Ons streven is nu om in 2030 door te groeien naar een vermogen van € 5 miljoen. Met een gemiddeld rendement van 8 tot 10% per jaar moeten we dat zeker gaan halen.”